Sporten

sporten met je hond


VZH (verkeers zekere hond)

Hier leert de hond zich gehoorzaam en sociaal te gedragen op straat. Het examen wordt afgenomen door een keurmeester die opgeleid is door de Commissie Werkhonden.

Het VZH-programma bestaat uit oefeningen op het veld en een praktijkgedeelte op de openbare weg. Voor werkhondenrassen erkend door de FCI is een VZH-diploma vereist om aan IGP- en Speurhondtraining te beginnen. Via onze werkgroepen biedt SDN deze training aan.


De oefeningen op het veld zijn:

  • Aangelijnd volgen en los volgen;
  • Zitten tijdens het los volgen;
  • Liggen tijdens het los volgen;
  • Op bevel voor komen, daarna aan de voet;
  • Alleen af liggen met afleiding.

Voor het praktijdgedeelte wordt een aantal oefeningen uitgevoerd in een niet te drukke situatie. Gedrag en gehoorzaamheid worden beoordeeld in normale situaties en situaties die lastig kunnen zijn voor een hond. Er wordt gekeken naar de reactie van de hond op andere honden, hoe hij reageert als hij kort alleen gelaten wordt en hoe het algemene gedrag naar mensen, honden en andere prikkels is.


IGP (Internationale Gebrauchshundeprüfung)

Hiermee wordt de Internationale Gebrauchshundeprüfung bedoeld (voorheen IPO) met als onderdelen speuren, appèl en manwerk. Voordat hieraan deelgenomen kan worden dient eerst het VZH-examen (Verkeers Zekere Hond) behaald te worden. Ook kan je trainen voor Speurhond 1 en Speurhond 2. Het IGP-reglement is vastgesteld door de FCI.

IGP bestaat uit de onderdelen A, B en C, respectievelijk speuren, gehoorzaamheid en verdedigingswerk. Er wordt getraind op drie niveaus, I, II en III.
Bij het speuren moet de hond laten zien dat hij een spoor - dat op niveau I de voetstappen van zijn geleider zijn, bij II en III van een vreemde - kan uitwerken. Daarbij moet hij op het spoor achtergelaten voorwerpen met de geur van de spoorlegger aanwijzen of apporteren, en een verleidingsspoor negeren.

Het appèlgedeelte bevat algemene gehoorzaamheidsoefeningen, waaronder los volgen in verschillende tempo’s, staan, zitten en afgaan, al dan niet met komen op bevel, vooruit sturen en apporteren, met terugkomen ook over hindernissen (haag en klimschutting).

Het verdedigingswerk omvat het opsporen (revieren), aanblaffen en stellen van de ‘boef’ oftewel de pakwerker, het begeleiden van lopend verplaatsen van de pakwerker, met ingrijpen als die probeert te ontsnappen. Daarbij wordt ook de moed van de hond op de proef gesteld, als de pakwerker naar hem dreigt en schreeuwt. De drie onderdelen komen bij alle drie examens voor, in opklimmende mate van moeilijkheid.

 


Image

VZH


Image

Speuren


Image

Appèl


Image

Manwerk